Het jaar is alweer bijna halverwege, maar er was op sportgebied niet zo heel veel om over te schrijven tot de laatste twee weken. Aan het begin van het jaar heb ik twee halve marathons en wederom de marathon van Rotterdam gedaan, maar hier heb ik geen noemenswaardige prestaties geleverd. Tijdens de eerste triathlon van het jaar, de halve van Nieuwkoop, voelde ik me verre van goed en dit was een lange lijdensweg waarbij het enige positieve was dat ik de finish haalde. De Olympische afstand van Amsterdam Nieuw-West daarentegen ging erg goed, ondanks het feit dat het een non-wetsuit swim was vanwege de watertemperatuur. Hier vond ik mijn fietsbenen weer terug en ook het lopen ging naar behoren. Dit leidde tot een zesde plek in mijn Agegroup en daarmee kwalificeerde ik me voor het WK triathlon voor Agegroupers in Rotterdam. Alhoewel deze wedstrijd een week na de hele Challenge Almere is wil ik dit toch niet missen, maar een toptijd zal ik hier niet neer gaan zetten.
Maar goed, een lange introductie om te komen tot het voorlopige hoogtepunt van het sportjaar 2017, de halve triathlon van TRI Amsterdam. In 2015 en 2016 werd er een halve triathlon in Amsterdam georganiseerd door de Spaanse organisatie ICAN. In beide gevallen was dit geen groot succes, met bijvoorbeeld een loopparcours dat 4km te kort was, slechte bevoorrading en een grote kans op verkeerd rijden vanwege te weinig verkeersregelaars. Naar aanleiding hiervan besloot Lars Vreugdenhil met zijn team van de Amsterdamse triathlons om zelf een wedstrijd te organiseren, maar dan wel goed.
In het weekend voor de wedstrijd heb ik het fietsparcours grotendeels verkend en dit was meteen een mooie lange duurtraining. Er zijn een paar punten waar je op moet letten, maar voor het grootste gedeelte zijn het goede en overzichtelijke wegen waar je hard door kan fietsen. Op vrijdag heb ik mijn fiets ingechecked en wilde ik de transitiezones bestuderen, maar het was niet helemaal duidelijk hoe het er uit zou zien. Gelukkig was dit op zaterdagochtend wel het geval, maar een overzichtstekening op de site zou voor volgend jaar wel handig zijn. Zwemmen was hier gelukkig wel met wetsuit en dat betekende dat dit pas de tweede keer van het jaar zou zijn dat ik me in neopreen zou hullen. Na ingezwommen te hebben klonk iets na 8 uur het startschot en waggelde iedereen naar het water voor een rolling start. Hierbij worden elke paar seconden een paar triatleten doorgelaten zodat de wasmachine bij de zwemstart vermeden wordt. En dit werkt erg prettig, je kan meteen vanaf de start je eigen slag maken zonder tegen mensen op te botsen. Het nadeel is dat je niet precies weet waar je in de wedstrijd ligt, maar dat is in mijn ogen een kleine prijs.
De focus tijdens het zwemmen was om een iets hogere slagfrequentie te maken en verder proberen op mijn techniek te letten (met name zo horizontaal mogelijk blijven en de catch zo vroeg mogelijk in te zetten). Dit resulteerde in een zwemtijd van 36 minuten over een door mijn Garmin gemeten 1980 meter, oftewel 1:49/100 meter. Dat is niet snel, maar voor mijn doen prima. Ter vergelijking, in Nieuwkoop had ik 1990 meter in 42:27 op de teller. T1 ging, op het uitkrijgen van mijn wetsuit na, prima en ik kon aan het fietsen beginnen.
Op het eerste gedeelte van het fietsparcours mocht je niet inhalen omdat het hier te smal is. Dit was een kort stukje en hier verlies je verder geen tijd (bovendien kom je op deze manier wel even op adem). Zodra het kon en mocht zette ik 230 watt op mijn tellertje en begon ik mensen in te halen. De wind stond gunstig, schuin van achteren zodat mijn disc wiel goed zijn werk kon doen, en de snelheid ging boven de 40 per uur. Het wattage van 230 voelde prima aan. Aan het begin van het seizoen voelt dit soms ongemakkelijk, maar met de eerdere triathlons en wat langere en intensieve trainingen in de benen kostte het me nu geen enkele moeite. Indien nodig kon ik nog wat extra aanzetten om mensen in te halen. Ook kon ik goed aero blijven zitten dus de kracht die ik op de pedalen zette resulteerde ook in een fatsoenlijke snelheid. De verkeersregelaars deden hun werk prima, alles stond goed aangegeven en het verkeer werd overal goed tegengehouden. Ik heb zelf weinig mensen zien draften maar wel voldoende juryleden die de boel in de gaten hielden. Er was ook meer dan genoeg ruimte om voldoende afstand van elkaar te houden. Het fietsparcours bestond uit één lus van 89 kilometer en richting het einde viel dat samen met de route van de Olympische afstand, die een uur na ons was gestart. Hier was het af en toe even oppassen vanwege de drukte maar dit heeft weinig tot geen tijd gekost.
Na 2:26:39 bereikte ik T2. Mijn gemiddelde snelheid over 89 kilometer was 36.5 km/u met een gemiddeld wattage van 224 (NP 228). Achteraf denk ik dat ik iets te conservatief heb gefietst, maar vergeleken bij Nieuwkoop waar ik niet verder kwam dan 184 watt gemiddeld was ik hier erg tevreden mee. T2 verliep snel en soepel en na 3 uur en 6 minuten mocht ik met lopen beginnen. Aangezien ik om de een of andere reden nog nooit een echt snelle halve triathlon heb gedaan stond mijn pr op deze afstand al jaren op 5:03:21 (die tijd heb ik tijdens Mallorca 70.3 twee keer neergezet, tot op de seconde gelijk). Een nieuw pr zou dus geen enkel probleem moeten zijn. Vooraf was mijn voornaamste streven om eens onder de 5 uur uit te komen en als het goed zou gaan onder de 4:50, maar met de zwem- en bikesplits zou er meer mogelijk moeten zijn.
De eerste twee kilometer lopen is altijd even zoeken en voelen hoe het gaat. Meestal gaan die kilometers wel snel, maar hoeven ze niet zoveel te zeggen over de afstand daarna. Als ik me goed zou voelen dan zou ik mijn hartslag rond de 170 moeten kunnen houden, wat ongeveer gelijk is aan mijn hartslag tijdens een losse marathon. Dit lukte en het bijbehorende tempo lag daarmee onder de 4:30/km. Het loopparcours bestaat uit 4 rondjes dus dit is lekker aftellen. Ook hier kwam ik veel deelnemers tegen uit de OD maar er was ruimte genoeg om te passeren. In de tweede ronde werd ik gepasseerd door mijn coach Eric van der Linden, die tweede overall lag. Dan denk je dat je best lekker bezig bent en dan word je even op je plaats gezet. Maar goed, hij heeft geoefend en bovendien al een aardige topsportcarrière inclusief Olympische spelen achter de rug. Wel jammer dat hij in mijn Agegroup zit. Aangezien ik ‘s ochtends een startnummerband van hem mocht lenen omdat ik de mijne vergeten was vergaf ik hem maar.
Ook rondje twee en drie gingen voorspoedig en het tempo zakte niet enorm en mijn hartslag steeg niet enorm, en dat is goed (voor de liefhebber, mijn decoupling was 3.9%). De laatste ronde verliep in 23 minuten en 13 seconden en dit was exact gelijk aan de derde ronde. Uiteindelijk deed ik 1:30:22 over een door mijn Garmin gemeten 20.26km. Geen exact halve marathon dus, maar ook niet de 17km van ICAN van het vorige jaar. Hiermee bleef ik onder de 4:30/km gemiddeld en ook hier was ik erg tevreden mee.
Mijn officiële finishtijd was 4 uur, 36 minuten en 18 seconden en dit was ruim onder mijn vooraf als meest positief ingeschatte scenario en uiteraard een behoorlijk vette verbetering van mijn pr. En zeker vergeleken met Nieuwkoop voelde het allemaal goed aan, ik heb mijn krachten goed gedoseerd en het was gewoon leuk om mezelf te pushen. Bovendien geeft dit vertrouwen voor de toekomst (met name richting Challenge Almere). Ik ben absoluut nog niet in topvorm, maar weet nu wel wat ik moet doen om tot dit niveau te komen en wat ik moet doen om nog iets sneller te worden. Op 9 september is Challenge Almere het hoofddoel en als ik op deze weg blijf doortrainen dan moet een sub-10 daar zeker haalbaar zijn.
Toen ik een aardbeienmilkshake aan het bestellen was bij de nabijlegen McDonalds kwamen de resultaten door en chatte Marnix Cornelisse dat ik derde was geworden bij de ‘mannen boven de 40 jaar’. Dat had ik absoluut niet verwacht en zodoende moest ik nog een keertje rennen richting het podium. Dit moment wilde ik niet missen uiteraard. Overall ben ik 22e geworden, maar blijkbaar waren er niet zoveel snelle 40 plussers (of hadden ze hun dag niet) zodat ik van de 76 starters in mijn AG de derde tijd had neergezet. En buiten de top 4 die echt buitencategorie was zat vanaf plek 5 alles dicht bij elkaar. Zo heb ik bijvoorbeeld sneller gefietst en gelopen dan de triatleet op plek 10 (en is het duidelijk waar ik het laat liggen). Eerste in mijn categorie, en tweede overall, was Eric van der Linden dus het was helemaal geestig om met hem op één podium te staan. Een paar jaar geleden ben ik eens derde geworden bij de OD in Weert, maar daar was toen het zwemmen vanwege de kou vervangen door een extra stukje hardlopen, dus dit was mijn eerste echte triathlonpodium. Bovendien kreeg ik in Weert een enveloppe met een paar tientjes en nu een beker. En hoe lelijk en kitscherig zo’n beker ook is, hij blijft in de kast staan en wat ik van dat geld heb gedaan weet ik echt niet meer. Ik voel me ook altijd bekocht als ik geen medaille krijg na een wedstrijd.
Het voelt erg goed om na ruim 5 jaar als triatleet en op 44 jarige leeftijd in twee weken tijd mijn pr op de OD en op de halve afstand aan te scherpen. Maar het belangrijkste pr moet in september worden verbeterd. Eerst eind juli de Alpe d’Huez triathlon, waar de tijd minder van belang is.
Hier staan de uitslagen:
http://nl.mylaps.com/evenementen/uitslagen/2017/jun/17/amsterdam/HALFCat.html