Voor de derde keer in mijn triathloncarrière startte ik bij de stadstriathlon te Weert. De voornaamste reden was de mogelijkheid om aan de ouder-kindtriathlon mee te kunnen doen. Hierbij leggen kind (in dit geval mijn oudste zoon Joris van 9 jaar) en ouder (ondergetekende) een kort triathlonparcours gezamenlijk af. Aangezien ik er dan toch al zou zijn kon ik meteen de Olympische afstand meepakken. De start van de OD was om 9:30u, zodat mijn zoon en ik al op zaterdagmiddag naar Weert afreisden om er een vader-zoon weekend van te maken, met ’s avonds de Champions League finale op tv.
Gezien de weersvoorspellingen ging ik er van uit dat het zwemmen niet zou doorgaan. Aan de ene kant is dat jammer, aan de andere kant had ik ook geen zin om ziek te worden met het oog op Ironman Nice over een paar weken. En na de warme Middellandse zee op Mallorca keek ik er ook niet naar uit om met Nederlandse water- en buitentemperaturen 1500m te moeten zwemmen, om daarna in de kou op de fiets te gaan zitten.
Bij het ophalen van de startspullen werd bevestigd dat de OD in elk geval omgezet zou worden naar een run-bike-run (bij de kortere afstanden werd later wel gezwommen). Ik besloot mijn normale fietsschoenen te gebruiken, omdat ik geen zin had om met mijn sokken door het parc fermé te lopen in verband met nattigheid. Daarnaast zou ik starten met een lang shirt en handschoenen. Bang dat ik het te warm zou krijgen was ik niet. Onder verder droge maar koude omstandigheden klonk stipt om 9u30 de starttoeter en vertrok ik voor 2 rondjes om het centrum van Weert. Alhoewel ik had warmgelopen duurde het even voordat de motor op temperatuur was, maar toen had ik de eerste kilometer al afgelegd in 3m36s. De kilometers daarna verliepen iets boven de 3m50s zodat ik na 14m11s het parce fermé inkwam om mijn fiets te pakken. Het stilstaand aantrekken van fietsschoenen en het lopen op fietsschoenen is iets langzamer dan hoe ik het normaal doe. Mijn T1 tijd was met 2m08s de 72e tijd.
Ook bij het fietsen duurde het even voordat ik in het juiste ritme zat. Het stuk Weert uit was met iets wind tegen, het stuk terug logischerwijs met wind mee. Mijn vermogen hield ik een klein beetje onder wat ik bij de tijdrit in Almere trapte. Uiteindelijk kwam mijn gemiddelde vermogen op 265 watt met een normalized power van 269 watt. Prima, niet spectaculair, job done. Met een tijd van 1u06m03s (gemiddeld 37.1 km/u) was ik een halve minuut sneller dan vorig jaar, al waren de omstandigheden dit jaar iets zwaarder. In T2 had ik problemen met één van mijn snelveters die ik niet kon vasttrekken. Normaliter heb je hier geen last van, omdat je nog niet eerder je loopschoenen hebt gedragen, maar bij een run-bike-run kan dit dus een issue zijn. Uiteindelijk besloot ik na een tijdje pielen maar met een losse snelveter te gaan lopen. Dit is niet zo problematisch overigens als met een normale losse veter lopen, eigenlijk had ik er totaal geen last van. Daarnaast trok ik mijn lange shirt en handschoenen uit, bij het lopen heb ik het zelden te koud. Al met al ook geen hele snelle wissel.
Het lopen bestond net als de voorgaande jaren uit 5 rondjes, die deze keer tegen de klok in moesten worden gelopen. Ik kon een mooi tempo aanhouden, waarbij ik me verbaasde over de snelheid die ik bereikte met een relatief lage hartslag. Mijn gemiddelde kilometertijd was 3m58s, waarbij de snelste kilometer in 3m55s werd afgelegd en de langzaamste in 4:03. Mooi vlak gelopen dus, waarbij ik mijn hartslag op het einde wel iets omhoog moest brengen. Mijn gemiddelde hartslag kwam uit op 170. Normaliter moet ik rond de 180 zitten wil ik dit soort snelheden bereiken, dus blijkbaar hebben de snelheidstrainingen van Koen de Haan ook echt nut.
Na 2u01m55s kwam ik over de finish. Waar ik ten opzichte van de rest van de deelnemers geëindigd was wist ik niet. Zonder het zwemmen fietste en liep ik meteen al tussen mensen die ongeveer even snel zijn als ik, maar ik wist tijdens de laatste looprondjes niet of ik nou iemand voor me inhaalde of iemand op een ronde zette.
Na een douche in het hotel ben ik met mijn zoon gaan lunchen, en toen de maaltijd op tafel kwam publiceerde mylaps de resultaten. Overall was ik 24e geworden (vergeleken met de 82e plaats in 2012) , maar na een paar keer controleren zag ik dat ik 3e in de leeftijdscategorie H40-50 was geworden (van de 32 overigens). Mijn eerste podiumplek als triatleet! Erg geestig dat dit gebeurde in Weert, waar ik twee jaar geleden debuteerde in de triathlonsport en ergens achteraan meehobbelde. Het wachten op de podiumceremonie was een nieuwe ervaring, die me erg goed beviel. Daarnaast heb ik 20 euro gewonnen met deze plek, zodat ik een goed argument heb waarom ik al die nieuwe spulletjes nodig heb. Ik verdien immers geld met mijn sport. Een nadere analyse leerde dat ik de 2e plek op 5 seconden gemist had. 5 Seconden die ik met mijn normale, gedisciplineerde wissels zonder meer zou hebben goedgemaakt. Aangezien het om het verschil tussen de 2e en de 3e plek ging, en ik hierdoor niet net het podium gemist had, kon ik er wel om lachen. Al was dit meteen de eerste en de laatste keer dat ik mijn wissels veronachtzaam. Dit is daarnaast een goede motivatie om nog meer aandacht aan het zwemmen te besteden, zodat ik ook bij een normale triathlon iets meer van voren mee kan doen.
Het hoogtepunt van de dag was echter de ouder-kind triathlon. Mijn zoon zwemt op vrijdagavond (evenals mijn dochter) bij de Zeeschuimers in Zandvoort en het fietsen, lopen en de wissels hadden we geoefend. Ruim op tijd haalden we de startspullen op, prepareerden we onze plekken in de wisselzone en namen we de routes door. Joris was flink gespannen voor de start, zoals het hoort. Ook hier was het zwemmen om begrijpelijke reden vervangen door een extra rondje lopen. Na de start gingen alle kinderen nog vol
energie er als een haas vandoor, en na 4m33s was de eerste kilometer door ons al volbracht. Hierna moest één fietsrondje van een kleine 6 kilometer worden afgelegd. De wissel ging voorspoedig, ondanks onreglementaire assistentie mijnerzijds bij het vastmaken van Joris’ helm, waarna we begonnen met een stuk wind tegen. Als long distance triatleet doe ik niet aan draften, dus mijn zoon moest het allemaal zelf doen. Sommige vaders en moeders namen de competitie iets te serieus en hielden hun kroost uit de wind of duwden een stukje. Op de weg terug heb ik Joris een beetje opgejut en na een klein kwartier bereikten we met een gemiddelde snelheid van 24.5km/u T2. Omdat we onze loopschoenen al aanhadden verliep deze wissel razendsnel en begonnen we onder luid gejuich van het publiek aan de laatste kilometer. Joris had een beetje moeite met de overgang van fietsen naar lopen, maar toch haalde hij met een kilometertijd van 4m58s de finish. Hiermee waren we 5e van de 8 deelnemers, maar dat resultaat was volkomen ondergeschikt aan de prestatie van het volbrengen van de triathlon. Bovendien was hij na afloop moe genoeg om een paar minuten te moeten zitten om op adem te komen, dus hij had
echt alles gegeven. In de auto op de weg terug kwamen de grote verhalen weer. Over een paar jaar wil hij samen met mij een hele triathlon doen.
Onderstaand de uitdraai van mijn Garmin. Let met name op mijn gestaag stijgende hartslag bij het lopen terwijl de snelheid gelijk blijft. Bij het fietsen is het precies andersom overigens.