Twee weken na de 70.3 in en om Warschau stond alweer de halve Ironman van West-Friesland op de planning. Na het goede resultaat in Polen en het feit dat ik daar een slot voor St George had bemachtigd was de spanning voor de wedstrijd in Hoorn niet enorm hoog. Ik had er ook niet specifiek naartoe getraind maar soms zijn dat de ingrediënten voor een prima race.
De inschrijving en het inchecken van de fiets gebeurde op zaterdag en met de hoeveelheid atleten die aan de start zou staan en het vroege startschot was dat niet meer dan logisch. Samen met mijn jongste zoon Martijn maakte ik zaterdagmiddag mijn rondje in Hoorn en gelukkig was het prima weer. Toen al veel bekenden gezien en gesproken, dat maakt zo’n grote wedstrijd dichtbij wel leuk. Zaterdagavond lag ik rond 21u in bed, ik probeer ook met een vroege start genoeg slaap te krijgen. De oordoppen voor het slapen die ik op maat heb laten maken zijn dan goud waard.
Met een start om 7 uur (achterlijk vroeg, en totaal onnodig bij een halve triathlon in mijn ogen) ging de wekker om 4 uur. Dat gaf me voldoende tijd om wakker te worden en alles te doen wat ik moest doen. Bij het parkeren van mijn auto kwam ik IZGS-clubgenoot Martin Breedijk tegen die zijn eerste triathlon langer dan OD sinds 1998 zou gaan doen. Samen liepen we naar de wisselzone om de laatste zaken daar af te ronden (bidons en schoenen plaatsen, dat soort dingen). Het was nog een flinke wandeling van de parkeerplaats naar de wisselzone en daarna naar de start. Gelukkig was het na de regen ‘s nachts wel droog en dat zou het de rest van de dag ook blijven. Als ik mag kiezen tussen warm en droog of kou en regen dan kies ik altijd voor het eerste, ook al is het 35 graden.
Stipt om 7 uur klonk het startschot voor de eerste zwemmers. Ook hier was er een wavestart maar in Hoorn betekende dit elke zoveel seconden twee zwemmers het water in, dus het zou een flinke tijd duren voordat iedereen was gestart. Ook al ben ik geen snelle zwemmer, ik had geen zin om een half uur of meer te moeten wachten, voornamelijk met het oog op eventuele drukte op het fietsparcours. Enkele minuten na zevenen sprong (duiken leek me niet slim) ik het haventje in en kon ik beginnen aan 1900 meter zwemmen. Ik vind het zwemparcours in Hoorn echt geweldig, met een start in de haven tussen de boten en publiek aan de overkant. Na een kort stukje zwem je door de sluisdeuren (althans, het zal geen sluis zijn, maar de deuren zien er wel zo uit) richting het Markermeer en ga je de open zee op. Net als vorig jaar werd het hier erg lastig. Golven, deining, slecht zicht, heerlijk! Mijn zwemmen is dan nog slechter dan normaal, maar lol heb ik wel. Ik begrijp echt niet hoe mensen hier nog een fatsoenlijk tempo kunnen zwemmen. De afstand tikte langzaam af en voor mijn gevoel maakte ik niet echt te veel meters. Bij het stuk terug zwem je vlak naast mensen die nog op de heenweg zijn en dit was ronduit slecht. Je moest de boeien links houden, maar dit werd niet door iedereen gedaan zodat ik in botsing kwam met iemand. Zonder erg verder, maar wel vervelend. Dit moet volgend jaar echt anders (lees je mee Ironman The Netherlands?). Na een kleine 1900 meter zwemmen kwam ik na bijna 39 minuten aan land. Superlangzaam, zoals verwacht, maar toch een halve minuut sneller dan vorig jaar.
Na de verder niet spannende maar ook niet heel snelle eerste wissel kon ik aan het fietsen beginnen. De eerste kilometers zouden niet snel zijn met veel bochten door Hoorn, maar dat vond ik eigenlijk wel lekker om rustig in het fietsritme te komen. Na een kilometer of 8 worden de wegen rechter en kan je gas geven. Elke 10 kilometer geeft mijn Garmin een samenvatting met mijn normalized power en gemiddelde snelheid over die ronde. Ik was na de eerste 10 kilometer verbaasd dat het gemiddelde toch ruim 36 kilometer per uur was. Mijn benen voelden goed, beter dan in Warschau. Dat je gemakkelijk aan het trappen bent en je benen niet voelt maar wel 250 watt op je schermpje ziet. Een heerlijk gevoel! Waar het kon ben ik zo aero mogelijk gaan zitten en probeerde ik rond de 230-240 watt te trappen. In het begin hadden we wind in de rug en daarmee kwam ik ruim boven de 40 per uur uit. Mijn fiets in haar huidige configuratie is gewoon supersnel en ik zit er dankzijn Jeroen van Geelen ook perfect op, dit maakt een enorm verschil. Ik ben ook fan van de 165mm cranks die ik heb laten monteren. Het was inhalen geblazen en gelukkig was het niet al te druk met pelotonnetjes dus ik kon mijn eigen wedstrijd fietsen.
Bij de stukken met veel bochten of slecht wegdek, met name in de dorpjes, ben ik wellicht iets te voorzichtig en daar word ik nog wel eens ingehaald, maar ik wil daar gewoon geen risico’s nemen. Over het algemeen was de route goed aangegeven, maar er waren punten waar ik twijfelde en één keer kwam ik op de rijweg terecht waar ik het fietspad had moeten pakken. Niet heel spannend, maar ook hier wel voor verbetering vatbaar. Mijn benen bleven goed voelen en als ik mensen moest inhalen kon ik zonder problemen naar de 270 watt gaan.
Iets na Enkhuizen en na 73 kilometer ga je de Zuiderdijk op en fiets je met zicht op het Markmeer terug richting Hoorn. Hier stond de wind tegen, maar gelukkig viel het mee ten opzichte van de voorspellingen. In Enkhuizen was ik ingehaald door een paar triatleten en dientengevolge zat ik hier achter op de dijk. Het tempo was me iets te laag en daarnaast had ik helemaal geen zin om in een groepje te fietsen, ook niet op draft-legale afstand, dus ik besloot de ongeveer tien man (m/v) te passeren en zelf op kop te gaan. Ik kon mijn gewenste wattages ook na deze afstand zonder problemen trappen en niemand haalde me in. Ik heb geen idee of ik het hele treintje achter me aan heb gehad (als iemand uit het treintje dit leest dan hoor ik het graag) en dat maakte me ook niet uit. Ik voelde me goed en met wind tegen en 230 watt kwam ik in aeropositie alsnog gemiddeld boven de 35 per uur uit. Uiteindelijk kwam ik na 2 uur, 23 minuten en 10 seconden in T2 aan. Voor mijn gevoel heb ik hier beter en lekkerder gefietst dan in Polen.
Het wisselen naar het lopen ging ook niet supersnel, ik heb even de tijd nodig om mijn sokken en schoenen (ja, ook hier gebruikte ik mijn schoenlepel) aan te krijgen. Na het passeren van de loopstreep kijk ik altijd even naar de totaaltijd. Die lag op 3 uur en 10 minuten en dit was ondanks mijn langzame zwemmen sneller dan ik had verwacht. Een sub-5 finish zou geen probleem moeten worden, maar je weet nooit hoe de benen voelen als je gaat lopen. Focus op hartslag en op gevoel, bovenlichaam ontspannen en gaan. En geen idee hoe hard je dan gaat, daar heb ik die eerste kilometer echt geen enkel gevoel bij. Blij was ik dan ook toen mijn Garmin 4m18s aangaf bij de eerste split. Kilometer 2 ging in 4m17 en de derde in 4m15 maar daarna ging het wat trager met hetzelfde gevoel en dezelfde intensiteit. Zolang het rond de 4m30 zou blijven was er echter niets aan de hand. Ten opzichte van 2021 was het loopparcours aangepast. Toen moesten we vier rondjes door de stad lopen, nu 3 rondjes door de binnenstad met 2 rondjes door het park met een stuk heen en weer over de Schellinkhouterdijk. Dat laatste stuk was niet echt gezellig, maar wel lekker voor je ritme. Op en langs het parcours waren veel bekenden, leuk om iedereen te zien (niet altijd te spreken helaas) en aangemoedigd te worden. En aan te moedigen natuurlijk.
Peet was er uiteraard om wat sfeer te snuiven en Arno die in de buurt woont maakte mooie foto’s. Maar mijn voornaamste focus lag op clubgenoot Martin. Hij was eerder dan ik gestart omdat hij sneller zwemt, maar op het heen en weer stuk kon ik zien hoeveel hij voor me lag. En dat was niet ver genoeg voor hem. Ik bleef mijn eigen tempo lopen en hengelde hem langzaam binnen. Iets over de helft van de halve marathon haalde ik hem in. Zijn dochter stond precies op dat punt en maakte een foto van deze historische gebeurtenis. Aan de lichaamstaal van Martin kon ik zien dat ik me niet heel veel zorgen hoefde te maken, maar ergens hoopte ik dat hij kort op me zou blijven zodat we elkaar nog even op konden jagen. Ik had maar één gelletje van Maurten meegenomen en besloot gebruik te maken van de gels die de organisatie had klaargelegd op de verzorgingsposten. Deze had ik nog niet eerder gegeten en dat was uiteraard een beginnersfout. Niet te zuipen dat spul! Gelukkig had ik op de vrijdag voor de wedstrijd een flinke lunch gegeten bij de toko in Haarlem dus veel trek had ik niet. Maar dat doe ik anders de volgende keer.
De laatste 400 meter loop je alleen richting de finish en dit is een mooi contemplatief moment. Althans, toen ik zeker wist dat Martin niet vlak achter me zat, dan had ik me moeten voorbereiden op een eindsprint. IM 70.3 West-Friesland duurde 4 uur, 45 minuten en 11 seconden voor me. Dit was voldoende voor een 9e plek (van de 154) in mijn Agegroup 45-49. Eindelijk ook die top-10 klassering die ik in Warschau voor ogen had. En een ruime 7 minuten van het podium af. 7 Minuten die zeker niet onoverbrugbaar zijn. Ik heb nu helemaal het gevoel terug te zijn op mijn niveau van 2019 en samen met Marcel Gierman ga ik eraan werken om dat te verbeteren.
Na de finish wachtte ik op Martin die het de laatste kilometers behoorlijk zwaar had. Gelukkig had hij het wel prima naar zijn zin gehad, evenals clubgenoten Ronald, Albert en Lennart. Erwin die in augustus de Norseman doet liet zijn vorm zien door een mooi pr op de halve neer te zetten, en en passant ook zijn pr op de halve marathon verbeterde met enkele minuten. Komende donderdag gaan we naar Noorwegen voor de parcoursverkenning en een paar dagen trainen. Voor mij wordt de eerstvolgende geplande grote wedstrijd de hele van Almere op 10 september, maar nu eerst de focus op de Norseman van Erwin op 6 augustus.
Verder dank voor alle aanmoedigingen onderweg, onmogelijk om iedereen te noemen maar superleuk om jullie te zien en te spreken, ook mensen die ik voorheen alleen kende van social media. De triathloncommunity is geweldig!