Een week na de Ironman van Frankfurt ben ik met mijn gezin op vakantie gegaan. In deze periode heb ik niet structureel getraind, maar ik ben wel actief gebleven en ben bijvoorbeeld met mijn 10-jarige zoon de Pla d’Adet opgefietst op de dag dat de Tour de France langskwam. Ik had echter geen concrete doelen voor het najaar na even gespeeld te hebben met het idee om de hele van Almere te doen. Dat had als gevolg dat ik, ondanks nog regelmatig te zwemmen, fietsen en lopen, langzaam zwaarder werd.
Op een gegeven moment gaf de weegschaal een getal boven de 83 aan, wat vergeleken met de 74 van Frankfurt een beetje te veel van het goede was. Sterker nog, ik was in geen jaren zo zwaar geweest. Mijn normale overgewichtgewicht in het najaar ligt rond de 78kg. Om hier iets aan te doen had ik een doel nodig en dat vond ik in de marathon van Spijkenisse op 14 december. Nog genoeg tijd om naar toe te trainen, maar dichtbij genoeg om al te moeten beginnen met trainen.
Ik heb mijn schema voor de Midwinter marathon genomen en ben gaan trainen. Mijn gewicht nam langzaam af en ik begon in vorm te komen. Aan snel afvallen doe ik niet. Ik wil geen honger hebben en rondom mijn trainingen wil ik de juiste voeding in de juiste hoeveelheden eten. Na de Heemstedeloop met mijn kinderen, waar ik voor het eerst sinds Frankfurt weer een startnummer opspelde, werd het een week voor Spijkenisse serieus tijdens de Bruggenloop in Rotterdam. Ik ben rustig de 4 kilometer van het huis van mijn moeder naar de start gelopen en kon vanuit startvak A meteen een goed tempo aanhouden. De wind stond gunstig en de kilometers gingen onder de 4 minuten. Daar kwam een einde aan bij de Brienenoordbrug en de laatste 5 kilometer met wind tegen. Uiteindelijk was mijn tijd een minuut langzamer dan 2 jaar geleden (1:01:24).
Mijn gewicht was inmiddels onder de 77kg gekomen, de trainingen waren uitgevoerd en de weersvoorspellingen waren prima. Kortom, ik was klaar voor de marathon, al had ik geen hele hoge ambities. Mijn voornaamste doel was al bereikt door het gewichtsverlies en mijn toegenomen vorm. Op zaterdag bood Peet aan om mee te gaan en omdat je tijdens de marathon van Spijkenisse begeleid mag worden op de fiets legden we zijn racefiets achterin mijn auto.
De marathon in Spijkenisse is van een iets andere omvang dan bijvoorbeeld de marathons in Rotterdam en Amsterdam en ik kon 10 minuten voor de start vooraan plaatsnemen (op de foto helemaal links). Na anderhalve ronde over de atletiekbaan gingen we de weilanden in en ondanks mijn voornemen om rustig te beginnen liep ik de eerste kilometer in 3:45. Mijn normale hartslag bij een marathon ligt rond de 170. Dit zou ik in principe een uur of 3 moeten kunnen volhouden. Bij de Midwinter marathon zat ik hier gedurende de eerste helft net iets boven en dat brak me op in het laatste gedeelte.
Rond kilometer 3 stond Peet te wachten en vanaf daar fietste hij mee en voorzag me van eten en drinken indien gewenst. Daarnaast hield hij me uit de wind als dat nodig was. Mijn dank is dan ook groot, dit was ideaal. De kilometers tikte ik inmiddels in tijden rond de 4:15 af bij de gewenste hartslag. Ik klampte me niet vast aan groepjes maar liep mijn eigen tempo. Rond kilometer 12 besloot ik wel bij 3 man aan te sluiten omdat er een stuk met tegenwind zou komen. Tot kilometer 20 ben ik meegelopen en de halve marathon voltooide ik in 1:29. Hierna werd het steeds moeilijker om mijn tempo vast te houden en ook mijn hartslag ging omlaag naar waarden rond de 165. Het 28 kilometerpunt ronde ik nog wel rond de 2 uur.
Ondanks de wind die nu gunstig stond ging het tempo er langzaam uit. Af en toe probeerde ik te versnellen maar dit gaf niet echt resultaten. Ik voelde me inmiddels alsof ik voor de marathon 3.8 kilometer had gezwommen en 180 gefietst. De kilometertijden waren via 4:30 opgelopen naar 4:45 en kwamen aan het einde zelfs boven de 5 minuten uit, met een dalende hartslag. Helemaal alleen kwam ik de atletiekbaan op en na 3 uur, 10 minuten en 39 seconden kwam ik over de finish. Als 25e van de 259 finishers en helemaal kapot.
De douche en herstelshake deden niet direct wonderen dus ook hier was ik blij met Peet die nu als mijn chauffeur fungeerde. Na grote marathons te hebben gelopen vond ik het erg leuk om een relatief kleinschalige marathon te doen. De organisatie was perfect en enthousiast en ik heb onderweg mijn best gedaan om de vrijwilligers zoveel mogelijk te bedanken.
Waarom ik de laatste 12 kilometer een groot verval had weet ik niet exact. Ik vermoed dat ik in de eerste helft toch te veel heb moeten pushen en dat een hartslag van 170 (en af en toe iets hoger als ik het groepje wilde volgen) gewoon te hoog was voor mijn vorm. Bij een volgende marathon houd ik max 170 aan en loop verder op gevoel. De eerste helft moet gewoon makkelijk voelen.
De plannen voor 2015 zijn inmiddels redelijk duidelijk. Ik overweeg om op 15 maart de marathon van Barcelona te lopen en hier in topvorm aan de start te komen. Een sub-3 zou tot mijn mogelijkheden moeten behoren, maar dan moet wel alles kloppen.
In mei begint het triathlonseizoen met wederom Mallorca 70.3, gevolgd door de halve triathlon van Nieuwkoop op 31 mei en de ICAN halve triathlon op 28 juni. Na Challenge Almere als bezoeker te hebben gevolgd heb ik besloten om in 2015 de hele te gaan doen op 13 september. Tussen ICAN en Almere zoek ik nog wat leuks en daarnaast wil ik nog wat korter werk gaan doen. Ik wil met name veel meer racen in 205.
En als afsluiting van het jaar staat de West Coast Challenge hoog op mijn verlanglijstje.
Onderstaand de grafiek van mijn hartslag gedurende de laatste 4 stand-alone marathons die ik heb gelopen. Duidelijk is te zien dat ik Apeldoorn, Rotterdam en Spijkenisse op een te vergelijken niveau begon waarna mijn hartslag afnam. In het geval van Spijkenisse gaat dit veel verder dan bij Apeldoorn en Rotterdam. Amsterdam was de langzaamste marathon van deze 4, maar de enige waar ik een negatieve split liep en waar mijn hartslag toeneemt gedurende de marathon. Na afloop voelde ik me hier prima. Tijdens Amsterdam was ik niet in een geweldige conditie en te zwaar. Wat ik dus moet doen is in topconditie zijn en vervolgens op dezelfde manier lopen als tijdens de marathon van Amsterdam in 2013.