Marathon Amsterdam

Op sportief vlak was 2011 niet een heel bijzonder jaar. Ik heb mijn debuut gemaakt in de triathlonsport, wat erg leuk was om te doen, maar waar het voornamelijk draaide om ervaring opdoen. Deelname aan de Dolomieten marathon ging op het laatste moment niet door, dus een paar dagen in de bergen fietsen zat er ook niet in.

Eén van de redenen om triatleet te worden was het feit dat hardlopen ook best leuk is. Aangezien ik in het verleden twee marathons heb gelopen leek het me wel aardig om dit jaar eens te proberen om mijn tijd op deze afstand te verbeteren. Tijdens de marathon van Amsterdam in 2005 kreeg ik een gigantische hongerklop, waardoor ik na een eerste helft in 1u32m ruim 2 uur over de tweede helft deed. Ik had hier dus iets recht te zetten.

Ik ging uit van mijn in de loop der jaren opgedane ervaring als duursporter. De voorbereiding was niet echt optimaal, met 5 looptrainingen langer dan een uur en 6 kilo boven mijn (te lage) gewicht uit 2005. De belangrijkste doelstelling was om in elk geval onder de 3u26m16s van Rotterdam 2005 te komen. En dan bij voorkeur zo ver mogelijk daaronder.

Het voorspelde weer beloofde perfecte loopomstandigheden. Ik wilde me dan ook zeker niet te warm aankleden, wat wel betekende dat het ‘s ochtends behoorlijk koud was. Er startten bijna 40.000 mensen op de diverse afstanden, dus het was overal ‘gezellig druk’. Ervaring betekende ook dat ik me hier niet druk om maakte en de checklist omkleden, wc-bezoek, spullen wegbrengen, ondertussen nog eten en drinken en naar het Olympisch stadion schuifelen in een Zen-modus onderging. Na wat warm huppelen en pro-forma rek- en strekoefeningen in het startvak ging om 9.30u het startschot. Een halve minuut hierna ging ik over de startstreep en kon de marathon beginnen.

Mede door het fantastische weer was het overal behoorlijk druk langs het parcours. Het eerste uur ging als vanzelf, waarbij ik mijn hartslag goed onder controle kon houden en tevreden was over het tempo dat ik daarmee bereikte. Aangezien ik redelijk vooraan was gestart werd ik nog wel regelmatig ingehaald, maar daar liet ik me deze keer niet door opnaaien. Na de hongerklop van 2006 droeg ik deze keer een riem met flesjes drinken en gelletjes met appelsmaak, voorzien van caffeïne. Af en toe ging ik iets te hard waardoor ik een lichte steek voelde opkomen, maar door iets tempo terug te nemen verdween dit gevoel en kon ik weer terug naar mijn normale tempo.

Iets voor de helft gaf ik de riem af aan Erwin en moest het verder doen met de ravitaillering langs de route. Na 1u35m01s was ik precies halverwege.  Nu begon het moeilijker te worden en ik was erg benieuwd hoe ik me zou gaan voelen na de sub-optimale voorbereiding. Alhoewel het tempo iets omlaag ging voelde ik me nog wel goed, zeker toen ik voorbij het punt kwam waar ik in 2006 een tijdje stil ben gaan staan. Toen een paar kilometer voor het einde ‘the eye of the tiger’ met een flink volume voorbij kwam wist ik dat het wel zou gaan lukken.

Na 3u14m10s kwam ik over de finishstreep. Een verbetering ten opzichte van mijn oude tijd van 12 minuten, 5 jaar ouder en wijzer. Maar niet onder de gewenste 3u10m. Met deze tijd werd ik 1124e van de 9637 starters. En dat viel me eigenlijk best wel tegen. Aan de andere kant, ik had op deze dag niet (veel) harder gekund, dus het enige waar ik ontevreden over mocht zijn was mijn voorbereiding. In april start ik in Rotterdam, en dan wil ik mijn tijd weer wat scherper zetten. In januari wil ik eerst mijn pr op de halve marathon (1u32m01s) in Egmond verbeteren.